BAM onderzoekt opties uitstootvrije bouwplaats
In Rozenburg wordt het riool vervangen. Hoe kun je dit zoveel mogelijk zonder fossiele brandstoffen, op een uitstootvrije bouwplaats doen? Dat wordt uitgezocht in de pilot die BAM op dit moment uitvoert.

Steeds strengere eisen in de aanbesteding
De gemeente Rotterdam stelt in haar aanbestedingen en inkoopcontracten steeds meer eisen als het gaat om duurzaamheid en uitstootvrij vervoer of materieel. Dit heeft bij de uitvoerende partij wel impact. Want wat kun je nu wel uitstoorvrij doen en waar kan dit (nog) niet?
Stadse Werken
In Rozenburg is BAM Infra de aannemer die de uitdaging is aangegaan. Samen met negen andere aannemers worden in het programma Stadse Werken van de gemeente Rotterdam jaarlijks 40 kilometer riool vervangen door de hele stad. Voor BAM geeft de pilot in Rozenburg een realistische kijk in hoe een emissieloze bouwplaats eruit kan zien, want dat is wat de aannemer in 2026 zelf ook wil bereiken.
Logistieke voorbereiding op de ZES-zone
In het jaar 2025 introduceert de gemeente net als veel andere Nederlandse steden een Zero Emissiezone voor Stadslogistiek (ZES-zone). Dan is er een zone aangewezen waar er alleen nog elektrische bestelbussen mogen rijden. Dit geldt nog niet voor bouwmaterieel, ondanks dat wil BAM hier wel alvast mee experimenteren. Door grote werktuigen elektrisch te maken. Hier is nog geen beleid voor. Het beleid voor de ZES-zone kan wel als voorbeeld dienen.
Logistiek leert van uitstootvrije bouw
Het interessante aan de pilot op Rozenburg is dat er met veel verschillende en grote elektrische apparaten wordt gewerkt, waarbij de de energie-infrastructuur een grote uitdaging is. Het elektrisch materieel moet immers dagelijks opgeladen worden, want niet alle machines kunnen hetzelfde werk uitvoeren als hun fossiele varianten. Er wordt daarmee op Rozenburg met verschillende oplossingen voor de elektriciteitsvraag geëxperimenteerd.
En zo leert logistiek weer van de bouw. Het gaat niet alleen om hoeveel laadpunten er nodig zijn of waar de snelladers moeten komen, maar vooral om de vraag: wat kan het netwerk aan en wat moet daar nog voor gebeuren?