‘Draagvlak voor ammoniakketen creëer je door als bedrijven meer en beter samen te werken.’

  • Inhoudstype:
    • Interview
  • Thema’s:
    • Duurzaamheid
    • Innovatie
    • Maritiem

De toekomst van waterstof ligt in Rotterdam. Omdat de Hydro Generation – een groep voorlopers in de energietransitie – ziet dat Rotterdam dé plek is om innovatieve oplossingen waar te maken. Het trekt grote buitenlandse bedrijven aan, zoals Air Products, en is tegelijkertijd de broedplaats voor relatief jonge bedrijven die grote stappen zetten richting schone industrie, zoals Proton Ventures. Proton-CEO Paul Baan spreekt met Paul Hoogeveen, General Manager bij Air Products, over de rol van ammoniak in de energietransitie.

Paul Hoogeveen van Air Products en Paul Baan van Proton Ventures op locatie in gesprek over Rotterdam Europe's Hydrogen Hub en de ammoniakketen
© Eric Fecken

Air Products is een Amerikaanse multinational en al meer dan 80 jaar actief in onder andere de energiemarkt. Het bedrijf ontwikkelt, ontwerpt, bouwt, bezit en exploiteert enkele van ‘s werelds grootste industriële gas- en koolstof afvangprojecten. Ook levert het bedrijf wereldwijd schone waterstof.
Proton Ventures is sinds 2001 actief in de groene ammoniakketen. Dit bedrijf ontwerpt wereldwijd verschillende groene ammoniakoplossingen: van duurzame productie tot de opslag van grote volumes.

Zowel Air Products als Proton Ventures gebruiken ammoniak voor het vervoer van waterstof. Air Products produceert zelf groene ammoniak. Proton ontwerpt en realiseert ammoniak-installaties die wereldwijd worden ingezet. Waarom valt de keuze op het gebruik van deze verbinding? “Willen we echt naar een (zware) industrie die draait op hernieuwbare energie in Rotterdam en de rest van het land, dan is de import van grote hoeveelheden waterstof noodzakelijk. We kunnen dat onmogelijk zelf produceren; al zouden we de hele Noordzee vol zetten met windmolens”, vertelt Baan. “Wind en zon zijn uitbundig aanwezig in Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Dat wordt omgezet in groene energie, waarmee je groene waterstof maakt. Om het te transporteren zetten we de groene waterstof om in ammoniak. Zo vervoeren we het naar Noord-Europa en zetten de ammoniak hier weer om naar waterstof. Het is bewezen de meest efficiënte, veilige en betaalbare manier om waterstof te vervoeren”, vult Hoogeveen aan.

Tijdelijke oplossing

Hoewel beide bedrijven flink investeren in ammoniak, denkt de General Manager dat het gebruik ervan als waterstofdrager een tijdelijke oplossing is. “Je wilt eigenlijk toe naar een manier waarop waterstof direct getransporteerd kan worden, zonder omzetting. Bijvoorbeeld via een pijpleiding. Zoiets bestaat al, alleen zijn het nu nog gastransportleidingen. Een voldoende uitgebouwde infrastructuur neerleggen duurt nog zeker 20 tot 30 jaar.”

Ammoniak inzetten als waterstofdrager gaat om miljoeneninvesteringen. Is het dat wel waard voor een tijdelijke oplossing? Hoogeveen stelt een retorische vraag: “Kunnen we langer wachten?” Baan vult aan: “Vergis je niet: 2030 is morgen, 2040 is zelfs nog kortdag. En het is duidelijk dat er vandaag nog iets moet gebeuren.” Beiden zijn ervan overtuigd dat ammoniak van waarde zal blijven, bijvoorbeeld voor de opslag van waterstof. “En kijk naar Namibië, daar ligt enorm veel energiepotentieel, maar daar gaat echt geen pijpleiding naartoe vanuit Noord-Europa. Dat is veel te ver weg. Er zal dus een hybride infrastructuur komen, waarbij zeetransport een belangrijk onderdeel blijft. En daarmee waarschijnlijk ook ammoniak”, stelt Hoogeveen. “Het positieve effect van deze transitie is dat regio’s met veel wind en zon, zoals West- en Zuid-Afrika economisch gaan profiteren”, voegt Baan toe.

Veiligheid

Toch is ammoniak als waterstofdrager met regelmaat een punt van discussie, want het is een gevaarlijke stof. Een TNO-rapport stelt dat er snel nieuwe wet- en regelgeving moet komen om alles veilig te houden. Baan zegt: “Wat ontbreekt in dit rapport is het feit dat er professionele stuurgroepen zijn en onder andere een commissie (PSG12) die de veiligheidsstandaarden tegen het licht houden. Daar zijn we met verschillende partijen mee bezig en houden dat scherp in de gaten. Daarnaast geldt het veiligheidsaspect voor álle chemicaliën die je terugvindt in de industrie.”

Beiden vinden dat het rapport een verkeerde weergave van de realiteit laat zien. En dat helpt niet bij de acceptatie van ammoniak als waterstofdrager onder het grote publiek, terwijl ook dat een belangrijk onderdeel is in het proces naar een duurzamere industrie, stellen Baan en Hoogeveen. “Er zijn allerlei cowboy-verhalen, waardoor je merkt dat veel mensen niet begrijpen wat die ammoniakketen precies inhoudt. Daar moet verandering in komen, want publieke onrust zorgt voor vertraging”, vertelt Baan. Daar is Hoogeveen het roerend mee eens. “We moeten natuurlijk oppassen met meningen afdoen als onzin. De juiste informatie verstrekken is dan ook noodzakelijk. Daarin kunnen onze bedrijven elkaar meer opzoeken, bijvoorbeeld samen bewonersbijeenkomsten organiseren en publiek draagvlak creëren. Feit is dat in industriële gebieden al decennia met gevaarlijke goederen wordt gewerkt. Die waren en zijn evengoed een risico. Met de afname van fossiele brandstoffen mede door de inzet van ammoniak, nemen de veiligheidsrisico’s van fossiele stoffen ook af. Het zorgt op de lange termijn dus juist voor meer veiligheid.”

‘Kat uit de boom kijken’-situatie

Maar de publieke opinie is niet de reden waarom import van ammoniak nogal eens moeizaam verloopt. Hoogeveen: “Er is ontzettend veel potentieel, maar het ontbreken van duidelijke regelgeving maakt het lastig. Hoe gaan we om met de energie-infrastructuur in Europa? Hoe komt groene waterstof in de markt terecht, wie gaat het kopen en wat kost het? Er is ook nog geen FiD – final investment decision – wat veel bedrijven op hun plek houdt.” Ondertussen werkt Air Products daarentegen wel aan de grootste waterstoffabriek van Europa, in Rotterdam. Daar heeft de CEO van Proton Ventures waardering voor. “Air Products is een goed voorbeeld van een eigen off-take: ik ga gewoon bouwen! Maar dat moet je je kunnen veroorloven. Er zijn meer van dat soort first movers nodig.”

Maar er heerst een ‘kat uit de boom kijken’-situatie, aldus Baan. Vanuit Proton Ventures zijn er afgelopen jaar zo’n 25 business cases met betrekking tot groene waterstof opgesteld, maar écht van start gaat eigenlijk niemand totdat er meer duidelijkheid vanuit het beleid komt. Bijvoorbeeld over subsidies of andere incentives om prijsverschillen te compenseren. “Wij vinden dat er vanuit Europa of Nederland take-off’s geïnitieerd moeten worden, om de markt op gang te brengen. Het gaat om significante investeringen en de druk om te verduurzamen wordt opgevoerd, maar ondertussen zijn er nauwelijks afnamecontracten getekend van groene moleculen. Een financierder zegt dan: je hebt geen klanten, dus waar is je prijsgarantie? Zo krijg je de financiering dus nooit rond”, legt Baan uit.

“Ik deel voor een deel die zorg, maar vanuit Air Products hebben we echt het vertrouwen dat de Europese wetgeving de markt voor groene waterstof zal creëren. Daarin is het wel van groot belang dat ook vanuit beleid een stabiele route op lange termijn wordt aangehouden en er dus niet om de 3 jaar veranderingen zijn. Het moet voorspelbaar, consistent en professioneel zijn.” Baan knikt en vult aan: “Koerswijziging is dodelijk voor investeringsbeslissingen. Dat zorgt voor een groot wantrouwen.”

‘Rotterdam zonder twijfel eerste keuze’

Met vertrouwen in de toekomst varen beide bedrijven een eigen koers in Rotterdam. En waarom dan precies hier? Hoogeveen: “Dat is eigenlijk geen vraag. Rotterdam is zonder twijfel de eerste keuze. Het heeft de klassieke voordelen: uitstekende infrastructuur, een diepwaterhaven, een goed gesondeerd industriegebied en een groot achterland. Deze voordelen zijn ook in dit nieuwe energie-tijdperk van toepassing.” Baan vult aan: “De Rotterdamse haven is erg supportive. Maar om alle groene energie die we in de toekomst nodig hebben te importeren, moeten we natuurlijk ook kijken naar de ontwikkeling van andere locaties, wellicht ondersteund door Rotterdam.”

Dat Rotterdam de plek is om innovatieve energie-oplossingen waar te maken, staat volgen Hoogeveen buiten kijf. En dat hij zich onderdeel voelt van de Hydro Generation ook. “Eigenlijk ben ik mijn hele leven al onderdeel van de Hydro Generation”, lacht hij. “Mijn loopbaan begon meer dan 30 jaar geleden met een project waarbij we voor het eerst probeerden een stadsbus op vloeibare waterstof te laten rijden. Dat was ver voor z’n tijd uit. En nu is het eindelijk zover dat we die overstap werkelijkheid gaan maken. Ik heb er zin in!”

Proton Ventures-CEO Baan heeft op zijn beurt juist carrière gemaakt in de traditionele olie- en gas: “Dat ik een rol kan spelen in deze transitie, dat vind ik erg mooi. En vooral om te zien hoe gepassioneerd de jongere medewerkers zijn. Het is inspirerend om hier met een jongere generatie aan te werken, die echt een drive voelen om het anders te doen. Echt geweldig!”

De Hydro Generation

Laat je inspireren door de andere Hydro Generation ondernemers en lees waarom zij vinden dat Rotterdam de waterstof hub van Europa is.

In contact komen met de Hydro Generation?

Benieuwd naar de koers die Rotterdam vaart op het gebied van waterstof? Ga je graag in gesprek met de Hydro Generation?

Neem dan contact op met Lieuwe Brouwer: lm.brouwer@rotterdam.nl

Deel deze pagina