‘Waterstof kan alle chemicaliën vervangen. De processen zijn er’

  • Inhoudstype:
    • Interview
  • Thema’s:
    • Duurzaamheid
    • Innovatie
    • Maritiem

De toekomst van waterstof ligt in Rotterdam. Omdat de Hydro Generation juist daar kansen ziet en pakt om geschiedenis te schrijven. De Hydro Generation is een groep voorlopers die ziet dat Rotterdam dé plek is om innovatieve CO2-neutrale oplossingen waar te maken. Zo zet Peter van Hooft zich met het Fieldlab Industrial Electrification elke dag in voor industriële elektrificatie: de vervanging van fossiel gedreven processen door processen op groene elektriciteit of groene moleculen.

Rotterdam Europe's Hydrogen Hub Fieldlab Industrial Electrification portret Peter van Hooft
© Eric Fecken

Fieldlab Industrial Electrification

Fieldlab Industrial Electrification (FLIE) is een initiatief van Deltalinqs, FME, Port of Rotterdam, InnovationQuarter en TNO. Het bundelt krachten uit de hele wereld om een versnelling teweeg te brengen in de energietransitie. Dat doen ze door bedrijven in de procesindustrie op weg te helpen met industriële elektrificatie: het ‘vergroenen’ van de processen.

Directeur Peter van Hooft vertelt: “Als een startup of scaleup een interessante, duurzame technologie heeft en een nieuwe fase moet doorlopen in het verder opschalen en marktrijp maken van de technologie, dan helpen wij daarbij.” Dat doet FLIE met verschillende diensten, variërend van haalbaarheidsstudies, tot het uitvoeren van technische validaties en het implementeren van de technologie op de locatie van de klant.

Innovaties en opschaling

Een mooi voorbeeld is de bijdrage van FLIE aan de ontwikkeling van een nieuw type elektrolyser, een apparaat waarbij water met stroom wordt gesplitst in zuurstof en waterstof. Zo deed het initiatief voor sHYp een haalbaarheidsstudie naar een membraanloze elektrolyser, waarbij zeewater gebruikt wordt in plaats van gezuiverd water om waterstof te produceren. FLIE hielp daarnaast het innovatieve bedrijf VSParticle met het testen van een nieuwe productiemethode van membranen, waarbij minder hoeveelheden van het schaarse en dure metaal iridium nodig zijn. Bij de nieuwe methode worden de metalen efficiënter gebruikt en kan de productiesnelheid worden verhoogd.

Het ontwikkelen van opschalingsprocessen is een belangrijk onderdeel van het werk van FLIE. “In de regio Zuid-Holland zit veel maakindustrie, bijvoorbeeld partijen die componenten leveren voor elektrolysers. Hoe kan FLIE voor dit soort bedrijven het productieproces en de hele logistieke keten optimaliseren, zodat de industrie straks mee kan schalen met de vraag naar waterstof in de haven? Door het verbeteren van het productieproces vestigt Nederland zich niet alleen als een van de koplopers in nieuwe waterstoftechnologie, maar zorgen we er ook voor dat de Nederlandse maakindustrie een belangrijke rol krijgt in de nieuwe waterstofeconomie”, stelt Van Hooft, die zelf uit de bio-chemische industrie komt.

Circulaire koolstofeconomie

Volgens Van Hooft zal waterstof ook een belangrijke rol spelen in de koolstofeconomie. “Het lijkt bijna alsof iedereen het erover eens is dat waterstof hét alternatief is van fossiele brandstoffen, maar dat is niet zo. In waterstof zit geen koolstof. Dat hebben we nodig voor zo veel producten. Daarom wil ik mij hard maken voor de onderbelichte kant van de waterstoftransitie: de circulaire koolstofeconomie, met waterstof als molecuul.”

Zo gaat FLIE de SEDMES-technologie, ontwikkeld door TNO, verder onderzoeken. “SEDMES zet CO2 en groene waterstof om naar dimethylether; het gas dat bijvoorbeeld in haarlakspuitbussen zit en een belangrijke grondstof is voor de chemische industrie. Dimethylether zou in de toekomst heel goed gebruikt kunnen worden als vervanging van LPG-gas. Het voordeel daarvan is dat de hele infrastructuur voor gas overeind kan blijven.”

Volgens Van Hooft ligt er in Rotterdam een enorme kans om – naast energiehub – een interessante hub voor een nieuwe circulaire koolstofeconomie te worden, met waterstof niet alleen als energiebron maar ook als grondstof. “Er zijn in toenemende mate systemen die plastic en olefines – de basis voor bijvoorbeeld rubber en verpakkingen – kunnen produceren op een andere manier, vanuit bijvoorbeeld CO2 en waterstof. In Rotterdam is al heel veel infrastructuur met alle petrochemische industrie die daar processen voor heeft. Laten we die gebruiken. Het moet alleen niet meer uit olie komen, maar uit andere bronnen.“

Waterstofgas voor Rotterdamse industrie

Het Fieldlab Industrial Electrification wordt sterk ondersteund door Gemeente Rotterdam, Provincie Zuid-Holland en de Europese EFRO-subsidie. Dat er veel steun is uit de regio, vindt Van Hooft niet meer dan logisch. “Als ik de plannen van de overheid mag geloven gaan we in 2050 naar maximaal 70 GW aan elektriciteit door wind op zee. De andere 50% die we nodig hebben aan energie zal uit waterstofgas moeten komen. Ik zou niet weten welke andere plek in Nederland of zelfs in Europa meer geschikt is als waterstofhub. Er ligt hier echt een enorme kans. Maar het is ook gewoon keihard nodig.”

Bij FLIE ziet Van Hooft veel leden van de Hydro Generation voorbij komen. “Wat deze mensen typeert, is dat ze allemaal zeer maatschappelijk betrokken zijn. Ze kijken positief naar de toekomst. ‘We kunnen het verschil maken’ is de mentaliteit. Denken in mogelijkheden in plaats van onmogelijkheden. Het zijn early adaptors, pioniers.” Zichzelf ziet hij ook als onderdeel van de Hydro Generation. “Maar vooral van de onderbelichte kant: de circulaire koolstofecononomie. Daar wil ik mij voor inzetten. We moeten keuzes durven maken, óók in die transitie. Met elkaar de schouders eronder.”

Deze inhoud is beschikbaar wanneer de cookies geaccepteerd zijn.

De Hydro Generation

Laat je inspireren door de andere Hydro Generation ondernemers in deze serie en lees waarom zij vinden dat Rotterdam de waterstof hub van Europa is.

In contact komen met de Hydro Generation?

Benieuwd naar de koers die Rotterdam vaart op het gebied van waterstof? Ga je graag in gesprek met de Hydro Generation?

Neem dan contact op met Eva Evenblij: e.evenblij@rotterdam.nl

 

Deel deze pagina